In de winter is het belangrijk om het rijgedrag aan te passen aan de weersomstandigheden. Foto: Georg Blenk, Krafthand Medien

In de winter is het belangrijk om het rijgedrag aan te passen aan de weersomstandigheden. Foto: Georg Blenk, Krafthand Medien

Ga terug

Goed advies voor de winter: tips en 'no-go's'

Ook voor moderne personenauto's is de winter een grote uitdaging. We hebben een aantal tips verzameld zodat uw klanten met hun auto goed het koude seizoen doorkomen.

De rally-legende Walter Röhrl is tot op heden actief en vindt het heerlijk om op een met sneeuw bedekte rijweg tot het uiterste te gaan met auto's. Toch blijven vooral zijn deelnames aan rallywedstrijden legendarisch, speciaal op glad terrein. Bij winterse weersomstandigheden kon hij toch altijd teruggrijpen op een optimaal voorbereid en vooral sneeuw- en ijsvrij voertuig.

 

De gemiddelde autobestuurder staat in de winter absoluut niet te wachten op driften en slippende banden, bovendien is dit streng verboden op openbare wegen. Hij wil graag veilig rijden en erop vertrouwen dat zijn auto in een goede staat is. Dit is vooral mogelijk door regelmatig onderhoud en verzorging en het gebruik van de juiste producten. Hieronder geven we tips en maken u attent op klassieke fouten die altijd weer worden gemaakt in de winter. Walter Röhrl denkt hier in ieder geval zo over: "Je kunt een auto niet als een menselijk wezen behandelen – een auto heeft liefde nodig".

Winterprotocol

Niet al uw klanten hebben een eigen garage, hun auto staat buiten geparkeerd. Daarom is het absoluut noodzakelijk om vóór de eerste rit, de auto volledig sneeuw- en ijsvrij te maken. Daarbij kan gebruik worden gemaakt van de klassieke methode met bezem, ontdooi-spray en ijskrabber, de basisuitrusting dus. Maar let op! Alleen 'kijkgaten' ijsvrij krabben is gevaarlijk en kan een boete opleveren. Bovendien kan dit bij een ongeval gevolgen hebben voor de verzekering en juridische aanspraken. ''Knipperlichten, achterlichten, koplampen, het kenteken en dak, achterkant en motorkap moeten sneeuwvrij zijn", bevestigt Frank Mauelshagen, voertuigdeskundige bij verzekeringsmaatschappij ERGO. Het gebruik van heet water is absoluut een 'no-go'! De grote temperatuurverschillen zijn schadelijk voor de carrosserie en de autolak, de voorruit kan springen. Voor het instappen is het bovendien handig om eerst de schoenen af te kloppen. Zo hoeven uw klanten niet van de pedalen af te glijden. Daarnaast zorgen meegenomen sneeuwresten ervoor dat in de auto de ruiten sneller beslaan. Ook moet erop worden gelet om 's avonds wanneer de auto wordt geparkeerd, de ruitenwissers in de uitgangspositie te zetten. De wissers zouden 's nachts aan het raam, in het gezichtsveld, vast kunnen vriezen. Het met kracht lostrekken beschadigt de wisserbladen, een te vroeg inschakelen van de wissers kan de ruitenwissermotor overbelasten en ook het rubber beschadigen. Een verwarmbare voorruit is een voordeel.

 

De oude slechte gewoonte om de motor stationair 'warm te draaien', zodat de binnenruimte warm wordt en de ramen sneller ontdooien, is niet alleen vanuit technisch en ecologisch oogpunt onzinnig maar ook verboden. Het gaat hier om vermijdbare overlast door geluid en uitlaatgassen, die eveneens tot een boete kan leiden. In gebieden waar de weersomstandigheden in de winter doorgaans slecht zijn, kunt u uw klanten als hulpmiddel een extra interieurverwarming aanbevelen. Afhankelijk van het model kan het apparaat met een app 's morgens voor het wegrijden worden geactiveerd, de auto is ijsvrij en binnenin is het heerlijk warm.

Een andere 'no-go' is rijden met permanent brandende mistachterlichten, ook wanneer het zicht verondersteld slecht is. Dit licht verblindt achteropkomend verkeer enorm en wordt als zeer hinderlijk ervaren. Daarom moet volgens de verkeerswetgeving het zicht minder dan 50 meter zijn om het mistachterlicht te mogen activeren. Of dit het geval is, is te herkennen aan de reflectorpaaltjes die normaliter op een afstand van 50 meter uit elkaar staan.

Veilig onderweg: met de juiste producten komen uw klanten veilig het koude seizoen door. Foto: Georg Blenk, Krafthand Medien

Waarschuwingssystemen in de winter

Elektronische helpers, van inparkeerhulp en parkeer- of grootlichtassistent tot aan waarschuwingssystemen voor remmen en het onbedoeld verlaten van de rijstrook, hebben één ding gemeenschappelijk: ze zijn afhankelijk van omgevingsinformatie, die met behulp van radar-, ultrasone, laser-sensoren en camerasystemen worden verzameld en door besturingsapparatuur wordt verwerkt. Is bijvoorbeeld het zicht naar buiten verslechterd, door wasem, ijs of sneeuw, dan werken de waarschuwingsfuncties niet meer goed en geven een foutmelding of zijn eenvoudigweg niet beschikbaar. Ook het tegenovergestelde kan het geval zijn. De parkeerhulp geeft continu een botsingssignaal af, hoewel er in geen velden of wegen een hindernis te bekennen is. De radarsensoren zijn gewoonweg bedekt met ijs en sneeuw. Het is dus zinvol om ook het sensorsysteem in de gaten te houden en deze bij twijfel goed ijs- en sneeuwvrij te maken. Stel uw klanten van dit probleem op de hoogte en laat hen zien waar welke sensor zit. Overigens: 's winters lopen ook waarschuwingssystemen die verantwoordelijk zijn voor de verkeersveiligheid en een betere rijdynamiek, tegen hun grenzen aan. Geavanceerde functies voor een hoog rijcomfort zoals afstandsregeling houden in voorkomende gevallen geen rekening met de langere remweg bij winterse omstandigheden.

Zonder stroom staat alles stil

Vooral wanneer de temperaturen omlaag gaan, worden de accu en de generator bijzonder op de proef gesteld. Daarnaast hebben sommige consumenten achterruit-, voorruit-, stoel- of stuurverwarming. Volgens ADAC (Duitse pechhulp organisatie zoals in Nederland de ANWB) was in 2019 bij meer dan 40% van de inzet van de 'Gelben Engel' (de gele engel) sprake van accuproblemen. Wat elektrische voertuigen betreft, zo verlagen extra stroomverbruikers soms aanzienlijk de actieradius. Elektrische voertuigen moeten, voor zover mogelijk, in de garage worden gestald. Frank Mauelshagen adviseert om tijdens het rijden de verwarming juist lager te zetten en in plaats daarvan de stoelverwarming aan te zetten. Deze verbruikt namelijk minder energie. Overigens: bij temperaturen rondom het vriespunt de accu direct na het rijden weer opladen. Hij koelt niet af en de capaciteit blijft langer behouden. Bovendien is activering van de voorverwarmfunctie bij het laden zinvol wanneer de energie van het stroomnet afkomstig is.

Auteur: Georg Blenk

Ga terug

NEWSLETTER

Melden Sie sich für unseren monatlichen Newsletter an: